Inleiding
De biceps is een tweekoppige spier. Aan de bovenzijde heeft ze twee pezen: een bredere pees die buiten de schouder aangrijpt, en een langere, smallere pees (caput longum) die door de schouder passeert en vastzit bovenop de kom van de schouder (aan het labrum). Als men spreekt van bicepsproblemen dan bedoelt men meestal problemen aan het caput longum. Deze problemen kunnen zijn:
· Bicepstendinitis: dit is ontsteking van de pees.
· Bicepsscheur: na langdurige ontsteking of door chronische slijtage kan er ook een scheur ontstaan. Dit is zeer frequent bij oudere mensen. Bij jongere mensen kan er ook een scheur ontstaan, maar dan eerder door een ongeval of door geforceerde bovenhandse bewegingen zoals de opslagbeweging bij volleybal/tennis. Vaak loopt deze scheur door in het labrum (dit is een elastische kraakbeenrand rondom de schouderkom). Men spreekt dan van een SLAP-letsel. SLAP is een afkorting van Superior Labrum Anterior to Posterior.
· Bicepsluxatie: hierbij blijft de biceps niet liggen in zijn goot aan de voorzijde van de schouder.
Symptomen
Patiënten voelen gewoonlijk een diepe, scherpe pijn ter hoogte van de voorzijde en de bovenzijde van de schouder. De pijn kan uitstralen naar de voorzijde van de bovenarm, volgens het verloop van de biceps. De pijn neemt toe met bewegingen boven het hoofd en vermindert bij rust. De arm kan zwak aanvoelen wanneer men tracht de elleboog te plooien of te draaien met de handpalm naar boven (dit is “supinatie”).
Diagnose
De diagnose wordt gesteld door een combinatie van klinisch onderzoek en bijkomende beeldvorming.
Behandeling
In principe is de behandeling van bicepstendinitis conservatief, d.w.z. niet-operatief. In het begin is relatieve rust, gecombineerd met tijdelijk vermijden van intensieve sport- of arbeidsactiviteiten noodzakelijk. Daarenboven kan de combinatie van een ontstekingsremmende medicatie met kinesitherapie nuttig zijn. Als de symptomen blijven aanslepen of erg uitgesproken zijn, kan in zeldzame gevallen een inspuiting met een cortisone-preparaat rondom de pees of in het gewricht ( intra-articulair) worden gegeven. Toch dient hiermee zeer voorzichtig omgesprongen worden aangezien het de bicepspees zelf kan verzwakken en uiteindelijk kan leiden tot een volledige scheur. Indien deze conservatieve maatregelen niet het gewenste resultaat opleveren, of indien er een geassocieerde pathologie bestaat, kan het toch zijn dat operatieve methoden dienen aangewend te worden.
Bij bicepsscheuren of bicepsluxaties zal sneller worden overgegaan bij jongere mensen. Bij oudere mensen is een scheur het handteken van chronische slijtage en wordt liever een afwachtende houding aangenomen.
Operatie
Bicepstenotomie / Bicepstenodese: als tijdens de operatie blijkt dat de pees erg verzwakt, geluxeerd of ziek is ten gevolge van ontsteking of scheurtjes, kan de chirurg beslissen om de pees in zijn groeve vast te leggen (tenodese) of ze door te snijden (tenotomie). Dit laatste wordt eerder toegepast bij oudere patiënten, terwijl de tenodese (“vastleggen van de pees”) eerder wordt uitgevoerd bij de jongere, actieve patiënt en/of wanneer de pees uit de goot luxeert (bicepsinstabiliteit). De pees wordt dan, indien nodig, eerst nog doorgesneden ter hoogte van zijn aanhechting om dan vervolgens via open of artroscopische technieken met behulp van een botanker en hechtingsdraad iets lager in zijn oorspronkelijke groeve vast te leggen. Het zieke, hogerop gelegen deel van de pees wordt dan verwijderd.
Indien het een SLAP-letsel betreft dan zal geprobeerd worden om het letsel terug vast te naaien op de schouderkom. Dit lukt echter niet altijd en dan moet er worden overgegaan tot bicepstenotomie of bicepstenodese.
Complicaties
De kans op een complicatie na een operatie is zeer gering. Er kan een infectie optreden doch dit is uiterst zeldzaam. De vaakst voorkomende verwikkeling is het optreden van een kapselverstijving (Frozen Shoulder). Daarom is het belangrijk om vrij snel na de ingreep te starten met bewegen binnen de pijngrenzen. Belangrijk om te vermelden is dat dit een operatie is die meestal tot goede resultaten leidt, doch niet altijd. Soms gaan bicepsproblemen hand in hand met andere problemen (arthrose, andere peesscheuren, instabiliteit) die de revalidatie compromiteren.
Revalidatie
Er mag onmiddellijk begonnen worden met bewegen, maar de eerste vier weken mogen er geen bruuske bewegingen uitgevoerd worden.
Kosten verbonden aan een deze ingreep
De ingreep zelf wordt quasi volledig terugbetaald door de mutualiteit, en afhankelijk van uw kamerkeuze zal uw opleg zeer beperkt zijn. Voor het vastleggen van de pees worden wel soms implantaten gebruikt.